Borneo Blog: Een achtbaan van emoties

11 maart 2020
Jeremy Miller gebruikt zetmeel om de spinnenwebben zichtbaar te maken. Foto: Jun Lerou

Het leven in de tropen is één groot avontuur. Het ene moment kamp je met teleurstellingen. In het volgende moment maak je het allermooiste moment van je leven mee. Uiteraard kunnen veel momenten slopend zijn, maar de beloningen die je er soms voor terugkrijgt zijn het mijn insziens meer dan waard. Naturalis was gelukkig zo vriendelijk geweest om dagelijks workshops voor ons te organiseren. Op deze manier konden we deze situaties voor onszelf meemaken. In deze blog vertel ik over de 3 extreemste ups en downs die ik persoonlijk heb meegemaakt de afgelopen dagen tijdens deze workshops.

Volg onze verhalen

Volg hier het nieuws over het museum en het dagelijkse werk en nieuwe ontdekkingen van onze onderzoekers.

FacebookTwitterInstagramYouTube

Dag 1
Mens-onvriendelijke planten en een doezelende python

Nog nauwelijks geacclimatiseerd aan het bos ging ik op de eerste dag op zoek naar het mooiste reptiel in deze regio. Met een groepje gingen we een netpython opsporen. Men doet hier namelijk ook onderzoek naar de slaapgebieden van deze exotische slang. Het dier is gemerkt met een radio-zender. Met een apparaat dat signalen van deze zender ontvangt, gingen wij op zoek naar onze schone slaapster. Nou, slaper. Het ging namelijk om een mannetje. Eén nadeel: we moesten door een dichtbegroeid oerwoud banjeren om hem te vinden. Gelukkig hadden we wel een gids bij ons met een machete. Het idee was dat we hiermee niet lastig gevallen zouden worden door al het prikkelige onkruid dat hier groeit. Helaas was dit tevergeefs. Er waren nog meer dan genoeg geniepige kruidachtigen die maar al te graag aan mijn kleding bleven haken. Nog vaker drongen hun kleine steekmesjes door mijn shirt en broek heen. Een enkele keer werd ik zelf bijna opengereten door een afgebroken tak. En dit allemaal na het feit dat ik eerst al twee seconden nadat ik uit de boot stapte bijna levend geconsumeerd werd door de zachte modderbodem. Voeg hierbij een gloeiend hete zon en een wolk van muggen toe. Ik kan garanderen dat dit het recept is voor een akelige ochtend.

Echter, zoals al geraden kon worden uit de titel, is al het harde werk niet altijd voor niets. Na slechts een halfuur in de hierboven beschreven groene hel werd het radiosignaal steeds sterker... Totdat onze gids dan eindelijk ons doelwit had gevonden. Het was een godswonder dat hij het beest überhaupt zag. Het reptiel lag compleet verstopt onder een berg takken en bladeren. En dankzij zijn net-achtige patroon ging hij volledig in zijn omgeving op. Hetzelfde patroon reflecteerde practhig als je er met een zaklamp op scheen. Het was de allereerste python die ik in het wild zag. Ik voelde me euforisch en vergat meteen alle narigheid die ik zojuist had moeten doorstaan. De slaapplaats werd gemarkeerd. Missie geslaagd.

Doezelende net-python in de lage struiken. Foto: Jun Lerou
Doezelende net-python in de lage struiken. Foto: Jun Lerou

 

Dag 2
Dieren - ze komen en gaan

Waar je eerst iets over het hoofd ziet, krijg je er later vaak iets mooiers voor terug. Als je geluk hebt, tenminste. In mijn geval had ik vandaag twee keer pech, en later op de dag ongelooflijk veel geluk. Het begon met het feit dat ik bijna op een slang ging staan.. .wat je wellicht ook al als een gelukje kan zien. Je weet maar nooit hoe giftig en aggressief zo’n beest is. Amy wees me hierop, waarna ik mij tot het dier wendde. Ik probeerde een video te maken, maar mijn telefoon had mijn vinger niet goed geregistreerd. Op mijn beeldscherm verschenen de mooiste beelden. Helaas was niks opgeslagen. Ik baalde als een stekker. Verslagen liep ik naar de douche om wakker te worden. Ik was namelijk al sinds 05:00 uur op. Pechgeval nummer twee vond toen plaats. Terwijl ik lekker stond af te koelen verscheen er blijkbaar een groep bebaarde zwijnen voor het hoofdgebouw. Zowat alle studenten hadden hen gezien. Behalve ik. Ik had ook gewoon een kop koffie kunnen drinken, maar nee.

Gefrustreerd begon ik met de workshop planten determineren. Ik liep naar de jetty om nog wat laatste planten te verzamelen. Toen werd mijn aandacht opeens getrokken door een topaia die een boom in klom. Vervolgens zag ik hierdoor in mijn ooghoek hogerop in de bomen iets groots bewegen. Een orang utan. Een orang utan!! Ik kon mijn ogen niet geloven. Niemand had tot nu toe het iconische dier gezien. Ik riep de rest van mijn groepje bij elkaar om naar de aap te kijken. We hebben ongeveer 30 minuten staan observeren hoe het vrouwtje ondersteboven vruchten uit de takken plukte. Ik heb per ongeluk wel de workshop geruïneerd met mijn vondst. Sorry James, maar het was het meer dan waard. Boeien dat ik die slang niet had vastgelegd en de zwijnen had gemist. Ik heb een orang utan gezien!

Overigens heb ik op andere dagen dezelfde slang (een oligodon) nog een keer gevonden en wél op beeld vastgelegd. Tevens heb ik later ook nog de zwijnen gezien. Soms heb je gewoon net dat beetje extra geluk. Maar geluk dwing je hier af.

Dag 3
Mysterieuze bijters en katachtigen

Een avondje spinnen zoeken nam een drastische wending toen we oog in oog stonden met een civet kat en ik mijn leven voor een paar minuten niet zeker meer was. Jeremy, onze spinnen-specialist, stopte tijdens zijn workshop opeens met praten. Dat doet hij normaal nooit. Vervolgens riep hij ons zachtjes naar zich toe en scheen met een zaklamp in de verte. Twee oranje-rode lichtpuntjes schenen terug naar ons. Het waren ogen van een zoogdier. De puntjes kwamen steeds dichterbij. Opeens nam de duisternis om de lichtjes een vorm aan. De kop van het dier was zichtbaar. We bleven muisstil op onze plaats staan. Het dier kwam nog dichterbij. Nu zagen we de oren. Ik wist toen zeker dat het om een katachtige ging. Hij maakte een geluid wat tussen brommen en miauwen in zat. Hij kreeg antwoord van verder terug uit de bosjes. Er waren dus twee van die beesten! De eerste kwam nog dichterbij. Hij was nu op een afstand van nog geen vijf meter. Toen sloeg hij opeens voor ons rechtsaf. Hierdoor zagen we het hele beest van kop tot staart. We zagen zelfs de patronen op zijn vacht. We zagen alle kenmerken van een civet kat. De hele groep werd wild enthousiast. Hij keek ons een laatste keer aan, liep majesteus langs ons, en verdween daarna in het dichtbegroeide niets. Ik ging hem achterna om hem nog te vinden. Toen hoorde ik opeens dat er een nieuwe civet was: de andere die we hoorden. Ik haastte me naar de groep en lette niet goed op mijn omgeving. Toen voelde ik een scherpe pijn net onder de knokkel van mijn linker duim. Ik negeerde het. De tweede civet was wat schuwer en bleef verstopt in de bosjes. Aan de kop te zien was deze een stukje kleiner dan de eerste. Uiteindelijk trok het kleintje zich ook terug in het oerwoud. Wat een fenomeen hadden we meegemaakt! Spinnen zijn gaaf, maar de civets waren toch wel echt het absolute hoogtepunt van de avondwandeling.

De adrenaline trok weg en de pijn in mijn hand kreeg de overhand. Louter vervelend. Ik zag twee hele kleine prikpuntjes op de plaats waar ik het meest pijn had. Ik was gebeten door óf een spin(achtige), óf een mier, óf een microscopisch kleine slang. Het bleef een mysterie wie de dader was. Ik begon me wel een beetje zorgen te maken. De pijn in mijn hand trok naar mijn bovenarm en veroorzaakte spierpijn. “Mijn diagnose is dat je waarschijnlijk niet dood gaat”, zei Jeremy. Geruststellend. Terug in de slaaphut begonnen opeens mijn vingertoppen te tintellen. Minder gerustellend. Ik ging maar gewoon slapen. Ik zou het de volgende dag wel merken of ik het had overleefd of niet.

Overigens, nog een down absolute down: niemand in de groep had een goede foto van de civet kunnen maken. Dus vandaar voeg ik hieronder maar een plaatje toe van waar deze workshop eigenlijk voor bedoeld was.

Jeremy Miller toont met zetmaal aan waar de spinnenwebben zitten. Foto Jun Lerou
Jeremy Miller toont met zetmaal aan waar de spinnenwebben zitten. Foto Jun Lerou

 

Volg
onze verhalen

Je las hier de derde live blog over de expeditie naar Borneo van Naturalis Biodiversity Center samen met studenten van de universiteit Leiden. De komende twee weken verschijnt  elke dag een nieuwe blog over de avonturen in het regenwoud die de groep wetenschappers samen met de studenten meemaken. Deze derde blog is geschreven door student Jun Lerou. 

Heb je vragen aan de expeditieleden? Mail ze naar vincent.merckx@naturalis.nl en wie weet wordt je vraag beantwoord in de volgende blog.